Familie
1875 – In een brief aan broer Anatol beklaagt hij zich: “Ik voel me hier erg verlaten, en zonder werk zou ik geheel in melancholie vervallen. In mijn karakter schuilt zoveel angst voor mensen, zoveel onnodige bescheidenheid, zoveel wantrouwen, kortom, een berg eigenschappen die me steeds mensenschuwer maakt. Denk je eens in: regelmatig overweeg ik het kloosterleven of iets dergelijks.”
1879 – Nadezjda von Meck ontvangt in een brief onder meer de volgende woorden: “Er is nauwelijks een heerlijker plekje dan San Remo, en toch verzeker ik u dat noch de palmen, noch de sinaasappelbomen, en ook niet de blauwe zee of de bergen, helemaal niets van al die schoonheden bij machte zijn de invloed op mij uit te oefenen die ik ervan verwachtte. Troost, rust, een geluksgevoel ontleen ik slechts aan mezelf.”
1880